FHC Stiens mikt op vliegende start
Leeuwarder Courant / Harm Postma - Na jarenlang handballen in de marge is handbalvereniging FHC uit Stiens terug aan het front: in de hoofdklasse. De ploeg treft zaterdagavond meteen aartsrivaal Cometas uit Leeuwarden. Alsof de duvel ermee speelt.
Voetbalsupporters van SC Heerenveen hingen na de eerste promotie van die club in 1990 provocerend een spandoek op met de kreet ‘Nooit weer Cambuur!. Toen de Leeuwarder aartsrivaal in 2013 promotie afdwong naar de eredivisie, ontrolden de Cambuur-fans een doek met hun weerwoord: ‘Nooit weer Cambuur? Guess who’s back!’
Toen FHC begin maart, na drie jaar ploeteren in de eerste klasse, eindelijk promotie afdwong naar de hoofdklasse, plaatste trainer Sido van der Ploeg op zijn eigen Facebook-pagina een bericht. ‘Hekkensluiter Exito werd bij vlagen zoek gespeeld.’ Van der Ploeg besloot zijn bericht met: ‘Guess who’s back!’
Een ludiek grapje, want hoewel de rivaliteit tussen de beste handbalclubs van Friesland er nog altijd is, is er geen sprake van haat en nijd. “Natuurlijk waren wij soms jaloers toen het Cometas zo goed ging”, zegt Van der Ploeg. “Dan gingen we tot de tanden gewapend naar hen toe.” Grappend: “Ik denk dat het nu andersom is.”
De 48-jarige coach van FHC stond ruim twaalf jaar geleden al eens aan het roer bij het toenmalige HV Stiens, dat later na een fusie met SGK’47 uit Sint Annaparochie opging in FHC. “Handbal was booming . De tribunes zaten vol, overal in het dorp hingen affiches. Toen kwam de fusie met Cometas. De nieuwe fusieclub klapte na een jaar uit elkaar, waarna wij ver wegzakten. Cometas leefde op. Bij ons stopten de oude rotten. Wij bungelden onder in de hoofdklasse.’’
FHC koos daarom vijf jaar geleden voor vrijwillige degradatie. Van der Ploeg: “Ik trainde toen de B-jeugd. Die jongens kietelden tegen het eerste aan.” Om het herenteam een impuls te geven, werd jong en oud samengevoegd. Hielke Beijering (21) – boomlang, geblokt bovenlijf – was een van de jonkies. “Ik was zestien en handbalde net een jaar!”
Maar, zegt Van der Ploeg over die periode: “Het harmonieerde niet.” Beijering, die als verdienstelijk jongenskaatser in 2014 de Freule won, beaamt dat. “De oude mannen hadden al een kind, of kregen er een. De ene helft zat in het rookhok, de andere helft aan de bar. Wij mochten nog niet drinken.”
De samensmelting mislukte. Drie jaar geleden keerde Van der Ploeg terug als coach van het herenteam. “Ze wilden iemand die goed met de jeugd kon. Dat ligt mij.” Acht spelers van het huidige herenteam had hij al onder zijn hoede toen het nog jochies van acht jaar waren. “Rauwdouwers. Voetballertjes. Dus, schoppen afleren, ballen oprapen, en hard leren gooien. Verder: herhalen, herhalen. Niet straffen. Op school zitten ze de hele dag al in een keurslijf.”
Vallen en opstaan
Van der Ploeg hevelde bij zijn aanstelling een compleet jeugdteam over naar het vlaggenschip. “Het ging met vallen en opstaan”, erkent hij. Het duurde drie jaar voordat ze eindelijk de hoofdklasse bereikten.
“Het laatste jaar was niet leuk”, zegt Beijering. “Een competitie van vijf clubs, uitslagen van 40-20. De adrenaline was weg, trainingen werden saai. Wéér naar Jahn II in Stadskanaal. Het was niet te harden.”
FHC maakte wel furore met een nieuwe speelstijl, ingevoerd door de coach: “Offensief aanvallend noemen we dat. Dekking vooruit.” Tijdens het Jupiter-toernooi in Franeker raakte een Hongaarse coach van een Frans team gecharmeerd van de speelstijl van de jonge ploeg. “Hij nodigde ons uit voor een groot toernooi in Lille.”
“Tien Friese jongetjes op avontuur, ze wisten niet wat ze zagen”, zegt Van der Ploeg. “De tegenstanders waren beulen van twee meter”, vult Beijering aan. “Kerels met kale koppen. Maar”, zegt zijn coach trots, “we werden negende van de zestien.”
De grote broer
Die Friese jongetjes van toen, inmiddels stuk voor stuk geblokte kerels, debuteren zaterdagavond in de hoofdklasse tegen Cometas, in het hol van de leeuw. “Het is toch de grote broer, hè”, zegt Van der Ploeg met een knipoog. “We willen vliegend starten”, roept Beijering enthousiast. “Met grote cijfers winnen, zodat we op doelsaldo meteen bovenaan staan.”
Zijn coach hoort zijn pupil glimlachend aan. “Het wordt lastig genoeg, maar Cometas heeft een jasje uitgedaan. Die ploeg is ervaren spelers kwijtgeraakt.” Aan FHC, welteverstaan. Het succesvolle beleid van de club is ook in Leeuwarden niet onopgemerkt gebleven. Zo maakten Martijn Poel en Ferry Ferwerda onlangs, op eigen initiatief, de overstap naar FHC. “Ervaring was welkom”, weet Van der Ploeg. “Jonge jongens blijven maar vliegen, hè. Er moest verstand bij.”
Ferwerda – hij speelde eerder onder andere op het hoogste niveau bij Hurry-Up in Zwartemeer en won daarmee de nationale beker – zag bij Cometas geen perspectief meer. “Er was nauwelijks jeugd, het was een aflopende zaak. Ik ben dan wel 34, maar nog steeds topsport-minded .”
Hij vervolgt: “Bij FHC gaan ze voor het hoogst haalbare, daar krijg ik energie van. Er spelen fitte, sterke jongens die nog stapjes moeten maken. Honderd procent inzet ontbreekt soms.”
Zaterdag moet Ferwerda meteen aan de bak. “Er zit geen oud zeer, maar ik wil graag winnen. Als je er daar afgaat, gaan ze met de vingertjes wijzen natuurlijk.”