Nieuws

Handbal is hét gespreksonderwerp in huize Holman

Strijdvaardig naar de top

PETER LOTMAN- Den Haag - Vader Arold Holman, dochter Quincy en zoon Ricardo zijn gek van handbal. Ze hebben één karaktereigenschap gemeen: alle drie zijn ze strijdvaardig. 

Het is in huize Holman bijna dagelijks een geregel van jewelste. Iedereen moet op tijd de deur uit om ’s-avonds de training te halen. Pa als keeperstrainer naar Hellas, dochter Quincy naar Quintus en zoon Ricardo naar Hellas. Moeder Patricia is de spil van de organisatie. ,,Zij is de house-manager”, zegt Arold Holman lachend. ,,Dankzij zij haar lopen studie, werk en handbal al jaren op rolletjes.”

Ricardo wil daar nog wel aan toevoegen dat ‘onze ouders ons nooit gepusht hebben, maar altijd gesteund.’  Dat handbal een belangrijke plaats inneemt in huize Holman is niet zo verwonderlijk. Pa (54 jaar) was in het verleden succesvol keeper bij eerst Hermes Den Haag, toen nog een topclub, daarna bij rivaal Hellas en in Oranje. ,,Na mijn actieve loopbaan ben ik bij Rowah in mijn woonplaats Waddinxveen de jeugd gaan trainen. Vanaf 2010 ben ik keeperstrainer bij Hellas. Ach, dat handbalvirus raak je nooit meer kwijt. Het is heerlijk om er nog steeds bij betrokken te zijn.”

Trots is hij op de ontwikkeling van zijn nazaten. Quincy begon bij Rowah en stapte als talent over naar Hellas. ,,Maar ik wilde hogerop en daarom ben ik naar Quintus gegaan”, legt de 19-jarige cirkelloopster haar transfer naar Quintus uit. ,, We trainen heel fanatiek. Vier keer in de week en ook nog krachttraining. Ik leer veel: balvast worden, snelheid, draaien, gevarieerd afronden. Als cirkelspeelster heb je het zwaar, maar ik vind het een geweldige positie”, aldus Quincy Holman die de opleiding schoonheidsspecialiste volgt aan het Mondriaan College in Den Haag.

GEDREVENHEID

Broer Ricardo (22) beschikt over dezelfde gedrevenheid. Hij heeft al de nodige tegenslag moeten overwinnen, maar opgeven komt niet in het woordenboek voor. ,,Ik ben er twee jaar tussenuit geweest. De ziekte van Pfeiffer, schouderproblemen en nog andere lichamelijke klachten. Een vreselijke tijd, maar gelukkig gaat het nu allemaal weer goed. Vooral ook dankzij onze manager Arjan Starrenburg, die me met een speciale therapie er weer bovenop heeft geholpen. En ook heb ik in die nare periode veel steun gehad van onze trainer Neso Saponjic, die me mentaal op de been heeft gehouden.”

THUISFRONT

Praten over een handbalcarrière in het buitenland is nog niet aan de orde. ,,Familie is erg belangrijk voor ons. We zouden het thuisfront nog niet kunnen missen”, zeggen ze eensgezind. ,,Onze ouders hebben vroeger altijd al gezegd: ga in elk geval sporten. Doe wat je leuk vindt. Maar ga bewegen. Met twee ouders die allebei in het handbal actief waren, was het niet zo gek dat wij dat ook zijn.”

Met een kritische vader (‘het kan altijd nog beter’) is het niet verwonderlijk dat Quincy en Ricardo bij hun clubs het hoogste willen bereiken. Ricardo, die engineering studeert aan het ID College in Gouda, maakt al deel uit van het eerste team van Hellas. Zijn schotkracht is gevreesd en ook in de verdediging staat hij zijn mannetje. ,,Ik doe al vanaf mijn dertiende krachttraining. Daar voel ik me lekker bij en dat komt me nu goed van pas.”  

En Quincy: ,,Ik zit bij de selectie en wil proberen een vaste plaats in het eerste te veroveren. Dat is mijn ambitie en daar ga ik voor.” Vader Arold hoort het met instemming aan. ,,Ik herken mezelf erin. Dus dat gaat wel lukken.”          

AD SPORT/PETER LOTMAN     

Deel dit bericht